Ritalin

HOE HET PROBLEEM MET RITALIN BEGINT

Het lijkt in het begin zo simpel. Een student raakt een beetje achter met zijn studie. Het examen nadert en hij moet zich daarop voorbereiden. Hij moet laat opblijven om een kans te maken om te slagen. Van koffie krijgt hij de zenuwen, maar veel van zijn vrienden gebruiken van die pillen om ze de extra energie te geven die ze nodig hebben. Dus waarom niet? Een paar euro’s; een pil; een hele nacht studeren; een gevoel van “je te kunnen concentreren”.

Zo zou het kunnen beginnen, maar heel vaak eindigt het daar niet mee.

Sommige studenten malen Ritalin en snuiven het zoals cocaïne om het sneller op te kunnen nemen. “Het houdt je uren wakker”, zei iemand.

En, net als bij cocaïne of andere stimulanten, wordt dat aangename “alerte gevoel” onvermijdelijk gevolgd door een “instorten,” een gevoel van oververmoeidheid, depressie en verlaagde waakzaamheid. Een student die Adderall gebruikte, een ander stimulans die veelvuldig door studenten wordt misbruikt, vertelde dat een gevoel van “uiterste helderheid” de volgende dag veranderde in “ineenstorting en oververmoeidheid”. Zoals een van de gebruikers het omschreef: “Ik stort nadien gewoonlijk in een coma”.

En de gebruiker komt er natuurlijk al gauw achter dat dit gevoel van “ingestort zijn” verholpen kan worden met de “hulp” van nog een pil, die je er weer bovenop brengt. En zo gaat het verder.

Daarop volgt wellicht een grotere dosis, of het snuiven ervan voor een grotere roes. De tolerantie (afnemende werking van een middel door gewenning) neemt toe, dus moet er meer van gebruikt worden. Bij deze hogere doses kan Ritalin tot krampen, hoofdpijnen en hallucinaties leiden. Deze sterk werkende, amfetamineachtige stof kan zelfs de dood tot gevolg hebben, zoals in de vele tragische gevallen van tieners die stierven nadat hun hart het vanwege de drug had begeven.

“Ik heb Ritalin voor de eerste keer geprobeerd toen ik in de brugklas zat. Ik kreeg het op recept – ze dachten dat ik in lichte mate ADD (attention deficit disorder, aandachtstoornis) had, maar ik deed net alsof, zodat ik een excuus had voor mijn slechte cijfers (ik was gewoon lui). Ik heb me nooit gerealiseerd dat ik verslaafd begon te raken. Maar daarna ging het met mij net zoals met anderen die drugs gebruiken.

Ik gebruikte ongeveer 40 mg per dag en had het gevoel dat ik alles aan kon. Ik bleef dagen achter elkaar op, tot het moment dat ik in een ernstige psychotische episode terechtkwam. Het was verschrikkelijk! Alles leek weg te smelten en te vervormen en ik was doodsbang.” – Andrea